OPEN BRIEF aan het NFI

5 februari 2023

Geachte mevrouw Marieke van der Molen,

Ik ben in de veronderstelling dat u mijn mailadres en naam inmiddels herkent. Volgens mij communiceer ik met u op correcte wijze, zo sta ik ook bekend.

Inleiding:

Waar ik me mee bezig houd is geen sinecure en het NFI speelt daarin een prominente rol. Het NFI zou het sieren transparant te zijn in haar beantwoording zodat twijfel wordt weggenomen. Dat er reden is voor twijfel zal ik in dit schrijven voldoende onderbouwen.

Over het volgende zou ik graag het antwoord willen hebben, het betreft de handelswijze van het NFI in verband met het DNA verwantschap onderzoek inzake de moord op Marianne Vaatstra 1 mei 1999;

Gang van zaken;

de mogelijkheid om wangslijm af te laten nemen was van 29 september 2012 t/m 11 oktober 2012. Vanwege de importantie is met het “checken” bij het NFI direct begonnen op maandag 30 september.

Blijkens het artikel in de Leeuwarder Courant van 4 december 2021 waren er in de eerste week van de wangslijmcontroles direct enige gedeeltelijke “hits’. Uit hetzelfde artikel valt op te maken dat daarna bijna iedere dag opnieuw (op zich al opmerkelijk omdat ik hooguit twee familieleden heb getraceerd)
“hits” waren.

Vanwege deze gedeeltelijke “hits” gaf een rechercheur het NFI opdracht “om dozen met mannen Steringa” met voorrang te behandelen. Dat was nog vóór Jasper Steringa zijn wangslijm afstond! Het NFI had de namen niet, de rechercheurs waren in bezit van de namen. Zij konden het NFI heel gericht de “mannen Steringa” aanwijzen, dat wil zeggen, de betreffende doos, de juiste barcode. Heel efficient dus. De barcode van Jasper Steringa met zijn wangslijm moet dus snel gevonden zijn.

De overige DNA “stalen” konden daardoor ongecontroleerd blijven immers het ging alleen om de mannen Steringa!

Jasper Steringa stond zijn wangslijm af op de laatste dag dat het mogelijk was, op een andere locatie dan waar hij voor was uitgenodigd, de datum 11 oktober 2012.

Let wel: de dozen met “mannen Steringa” werden er uitgelicht om met vóórrang gecontroleerd te worden!

De doos met het wangslijm (DNA) van Jasper Steringa arriveerde op 12 oktober 2012 op het NFI en werd op dringend van verzoek de recherche dus met voorrang gecontroleerd.

Onmogelijk scenario:

Mevrouw Marieke van der Molen, dan valt het op:

dat ondanks de doos met het wangslijm van Jasper Steringa al op 12 oktober in bezit van het NFI was en met voorrang het wangslijm van Jasper Steringa werd gecontroleerd “de hit” pas was op 14 november 2012! Ruim een maand na het afstaan en ontvangst van het wangslijm!

Dus de voor de hand liggende vraag:

hoe kan het dat wanneer in de eerste week van oktober al de focus lag op “mannen Steringa”, Jasper Steringa vervolgens op 11 oktober 2012 wangslijm afstond, de “hit” pas was op 14 november 2012 ? (Waarna de arrestatie in de avond van 18 november plaats vond.)

Dat is onlogisch en kan op basis van de informatie in de Leeuwarder Courant van 4 december 2021 niet kloppen!

Aanvullend daarop het volgende; uit een bron die mij benaderde moet ik afleiden dat naast betrokkenen al (veel) eerder van de “hit” op de hoogte waren. Op basis van mijn analyse hierboven verwoord lijkt me dat niet onmogelijk.

Geachte mevrouw Marieke van der Molen; ik heb in deze zaak te maken met veel onduidelijkheden waarvan dit er één is. Iemand met een gezond verstand zal, wat ik bij het NFI, aankaart begrijpen.

Graag zou ik hierover uitsluitsel willen hebben.

Hoogachtend;

de heer P. Postma