OPEN BRIEF

Aan de rechercheurs van het 3D team Burgum 5 november 2023

  • Disclaimer : dit schrijven is met de grootste zorgvuldigheid samen gesteld op basis van beschikbare gegevens van het OM en het boek DNAMATCH. Met die basis zijn de punten met logisch denken verder uitgewerkt. Omdat ik niet de illusie heb de waarheid in pacht te hebben doe ik een dringend beroep op de lezer daar waar u dat nodig acht mij te corrigeren. Bij voorbaat mijn dank daarvoor.

Bij veel bedrijven, instellingen en organisaties is het gebruikelijk deze tijd van het jaar terug te blikken. Dat is ook wat ik heb gedaan. Het bijgaande schrijven is daar het resultaat van.

INHOUDSOPGAVE

Blz. 1 t/m 3 mijn reconstructies (4)
Blz. 2 t/m 4 rode draad (3) wat het OM niet vermeld wat normaliter wel verwacht mocht worden.
Blz. 4/5 overige bevindingen.
Blz. 5 afsluitend

Rechercheurs 3 D team; het is al weer enige tijd geleden dat ik u benaderde. Overigens neem ik aan dat u van mijn activiteiten en publicaties op de hoogte bent.

Mijn reconstructies, ik deed de volgende:

    1. bij de Adje Lambertszlaan in Kollum was ik op de plek waar Verry Brouwer en Tiny de Haan Spencer Sletering zagen zónder Marianne Vaatstra. Ter plaatse werd het mij duidelijk dat er geen twijfel mogelijk is dat deze twee kroongetuigen de waarheid spreken. Wat mij daarbij opviel en mijn waarneming ondersteunt, is het volgende: in de opname van Peter R. de Vries, u ongetwijfeld bekend, wordt Spencer Sletering de waarneming van Verry Brouwer en Tiny de Haan voorgehouden. Daarop gaf Spencer Sletering voor mij een opvallend en in mijn ogen fout antwoord, hij zei: “het moeten twee andere jongens zijn geweest”. Waarom een in mijn ogen fout antwoord? Naar zijn eigen zeggen in Panorama 18 jaargang 2000 verlieten ze rond 01.00 uur de Paradiso. Dus had het meest voor de hand liggende en enig juiste antwoord van Spencer Sletering moeten zijn: “ze kunnen mij niet gezien hebben ik was nog in de Paradiso”. (overigens werd in Opsporing Verzocht 4 mei 2000 gezegd dat de drie om 01.30 uur de Paradiso verlieten...) Spencer Sletering was daar niet bekend mee?
    2.  

    3. bij fietspad Keningswei, onderwerp: afscheid. Ik heb lang gezocht naar het punt waar Marianne Vaatstra Jasper Steringa zou zijn tegen gekomen. Ik schatte dat op iets minder dan 100m afstand van het vertrek punt. Vervolgens kreeg ik uit onverwachte hoek het antwoord in de schoot geworpen. In het boek DNAMATCH las ik een reconstructie beschreven door de rechercheur Ron Rintjema. Dat hielp mij enorm op weg een goed beeld te krijgen. Hij schreef namelijk dat “binnen 10 seconden na het afscheid de dader al achter haar aan fietste.) Ik vertaalde dat in seconden en meters. Gemiddeld fietst iemand 15 km. per uur, 4.2 m. p/sec. Daarbij fietste Marianne Vaatstra uit stilstand, in de 10 seconden “van Ron Rintjema” legde ze bij benadering 42 meter af. Volgens Ron Rintjema fietste toen al Jasper Steringa achter haar aan. Dan kan het niet anders dan dat hij dichter bij de jongens was dan de 42 meter. Onomstotelijk! Sterker nog, hij fietste al achter haar aan. Stel dat hij zes seconden nadat hij haar tegen kwam zich realiseerde dat hij haar “wilde”.

Dan was hij nog maar vier seconden bij de jongens vandaan, dus 16.8 meter. In de reconstructie van Ron Rintjema, waarvoor mijn dank, maakt deze rechercheur het overduidelijk inzichtelijk dat de jongens Jasper Steringa gezien moeten hebben. Dat kan een ieder begrijpen.

Daar komt nog bij dat in het requisitoir staat “de jongens keken het donker in”. Ik vond op een meteorologische site gegevens van die nacht; 2 graden boven vriespunt en een zicht van minimaal 900m. Ze keken niet het donker in!

De reconstructie van Ron Rintjema levert nog meer interessante info op. In het geval dat Jasper Steringa al binnen 10 seconden achter Marianne Vaatstra aan fietste, hij fietste wellicht op basis van die reconstructie vier seconden achter haar, is iets meer dan 16 meter. Ook volgens het requisitoir moest “Jasper echt hard fietsen om haar in te halen”.

Dan is in mijn ogen 16 meter voor een volwassen man een peulenschil. Zij zou dat gemerkt hebben. Het is een natuurlijke reflex, zeker voor iemand die bang is om te kijken wanneer je net een man tegen gekomen bent. Ze zou hem ongetwijfeld gezien hebben. Hij haalde haar zoals we weten niet in. Hij was nog voor het tunneltje en zag aan de overkant daarvan Marianne Vaatstra komende vanaf de rotonde weer het fietspad op fietsen. Natuurlijk heb ik ook dat geverifieerd, vanaf het punt voor het tunneltje waar hij stond tot het punt waar zij weer het fietspas op fietste is een afstand van 130 meter. Dus bij aanvang van de achtervolging, hij fietste hard, had hij een achterstand van 16 meter en een paar honderd meter verder was dit opgelopen tot 130 meter. Daarbij heeft Marianne Vaatstra ook nog een korte omweg moeten maken om op de weg te komen vanwege het fietsen over de rotonde. Waarom had hij haar niet ingehaald?

Vervolg van de achtervolging:

Vanaf het punt op het fietspad voorbij de tunnel was het nog ongeveer 300 meter tot het punt waar Jasper Steringa haar tot stoppen dwong. Zij was bang in het donker en fietste ook hard (?), voor zover dat kon op een te grote herenfiets. Stel dat zij 16 km. per uur fietste, dat is 4.4 meter per seconde. Zij legde de afstand van 300 meter dan af in 68 seconden. Jasper Steringa had een achterstand van 130 meter, dat betekent dat hij de afstand van 430 meter af moest leggen op zijn dienstfiets in zijn boerenkleding in 68 seconden. Daarvoor was een snelheid nodig van 23 km. per uur!

Afrondend op basis van de reconstructie van Ron Rintjema en het requisitoir moest Jasper Steringa 68 seconden lang 23 km. per uur fietsen, wat hem in 900 meter niet gelukt was, daarin slaagde hij wel in 430 meter? Op zijn minst twijfelachtig?

3.  in weiland nat gras 15/20 cm. hoog. Ik ben met “zomerschoenen” aan ongeveer 110 meter door 15/20 cm. hoog nat gras gelopen. Na die 110 meter waren mijn schoenen doornat en mijn broekspijpen waren tot ongeveer 15 cm. ook nat. Op de ene foto die ik ter beschikking heb van pd zie ik dat niet terug. U heeft de beschikking over meer materiaal, dus : “hoe nat waren de schoenen en de broekpijpen van Marianne Vaatstra???”

  1. fietsen met drie personen op twee fietsen waarbij van één fiets de band steeds leeg liep ( wie zijn fiets?)van Paradiso Voorstraat 7 Kollum naar de Swadde Jeltingalaan Buitenpost via station Buitenpost; wat mij betreft het méést aansprekende voorbeeld van een onmogelijke actie. De totale afstand is 5.2 km.

Dat fiets je volgens de ANWB routeplanner in normale omstandigheden in 20 minuten. ( 15 km. per uur, 42. m per sec.). Wat weet ik over hoe lang de drie er over deden; vertrek uit Paradiso Opsporing Verzocht 4 mei 1999 om 01.30 uur, (ondanks dat Spencer Sletering in Panorama 18 jaargang 2000 zei dat ze om 01.00 uur vertrokken) aankomst de Swadde Buitenpost volgens requisitoir 01.50 uur.

Volgens mij harde gegevens, geen speld tussen te krijgen, daar moet ik van uitgaan. Dus volgens het OM duurde de tocht 20 minuten conform de tijd van de ANWB routeplanner.

Maar dan… dan komt het OM met meerdere vertragende factoren, te weten: “het fietsen zal niet snel zijn gegaan na een dag feestvieren en alcohol drinken”( 15 minuten langzamer?) , “ze hebben even staan wachten bij een bankje”( 5 minuten?) “de band loopt steeds leeg” ( 20 minuten? Hoe opgepompt?) “op station Buitenpost werd een fiets gestolen” ( 5 minuten?) . Alleen al bij deze theoretische benadering die iedereen naar eigen inzicht kan maken ben ik al drie kwartier later bij de Swadde op basis van deze OM info.

Natuurlijk heb ik ook deze route meerdere malen gefietst en alleen al met niet al te snel fietsen legde ik de afstand altijd (veel) langzamer af dan in 20 minuten. Ik daag een ieder uit dit een keer met mij te fietsen.

Einde reconstructies

Rode draad in de zaak Marianne Vaatstra is dat op enkele punten informatie ontbreekt waar je dat normaliter zou mogen verwachten, zoals:

  1. Spencer Sletering beweerde dat hij het niet was die Verry Brouwer en Tiny de Haan zagen (zonder Marianne Vaatstra) “het moeten twee andere jongens zijn geweest” beweerde hij. Sprak hij wel de waarheid? Zijn vriend Wietze Steenstra bleef ( wijselijk?) buiten schot.

Om die bewering kracht bij te zetten hadden “de twee andere jongens” getraceerd moeten worden om Spencer Sletering zijn verhaal te bekrachtigen. Er zijn bij mijn weten nooit “twee andere jongens” getraceerd. Voor mij begrijpelijk, omdat ze er blijkbaar niet zijn. Een bevestiging dat het niet de waarheid is?

  1. De drie kwamen uit de Paradiso, iets waar zelfs ik het mee eens ben. De fietsen stonden natuurlijk niet in de Paradiso. Feit is, daar is iedereen het over eens, dat ze dus toen ze de Paradiso verlieten naar de twee fietsen moesten lopen. (overigens heeft bij mijn weten geen enkele getuige de drie “buiten” samen gezien, niet in Kollum en ook niet tijdens de opvallende fietstocht, dit terwijl er volgens het OM ivm met Dynacap ruim 200 getuigen dezelfde tijd onderweg waren. Bijzonder.) Nooit, tot op de dag van vandaag, is niet bekend gemaakt wáár de fietsen stonden. Opmerkelijk. Dat wordt, is dan mijn redenering, met een bedoeling verzwegen. Begrijpelijk? Ik heb een sterk vermoeden. Waar de fietsen dan wel stonden, daarbij moest ik voor de reconstructie uitgaan van Voorstraat 7. ( op basis van wat de bewoonster van dat adres daarover vertelde ( bij u bekend). De fietsen stonden bij haar tegen het hek. Ik ben gelopen vanaf Voorstraat 65 Paradiso naar Voorstraat 7 in Kollum, dat is 350 meter, vijf minuten lopen. Die vijf minuten gaan dus nog af van de fietstocht van 20 minuten, waardoor ze de afstand in 15 minuten zouden hebben afgelegd. Dus: “waar stonden de fietsen”, een uiterst simpele vraag.
  1. Betreft plaats delict; bij een zaak als deze is het standaard dat speurhonden worden ingezet, zo ook in deze zaak. Het verhaal zingt hardnekkig rond, afkomstig van getuigen, dat de speurhonden werden terug geroepen.

In dit geval ontbreekt, wat volgens mij normaliter zou zijn vermeld het volgende: volgens het OM scenario nam Jasper Steringa Marianne Vaatstra mee het natte weiland in vanaf de Keningswei, ze legden een afstand af van bij benadering 110 m. informatie van het OM. De speurhonden deden hun werk neem ik aan. In een normale situatie, door mij geschetst, liepen de speurhonden dus rechtstreeks vanaf pd via het overduidelijke spoor door het weiland naar de Keningswei waar vandaan de twee naar pd waren gelopen. Dus had ik als burger moeten lezen zoiets als : “de inzet van de speurhonden bevestigde dat Marianne Vaatstra samen met de dader vanaf de Keningswei naar pd is gelopen”. Ik neem aan dat u dat begrijpt, echter dat is nergens geschreven.

Daaruit zou je de conclusie kunnen trekken dat het blijkbaar niet zo gegaan Is. Zijn de speurhonden dan toch teruggeroepen? Het OM geeft zelf de ruimte voor die gedachte. Ben ik daarom een “complotter” dat lijkt me niet.

Overige bevindingen, de highlights:

  1. Het delict vond een uur eerder plaats dan het OM beweert. Ik kwam tot dit inzicht door gesprekken met twee getuigen onafhankelijk van elkaar. Eén getuige had zelfs die nacht in de Paradiso met Marianne Vaatstra gesproken, ze kenden elkaar. ( na het gesprek met deze getuige verdween deze van de radar, gelukkig sprak ik haar niet alleen meerdere getuigen waren daarbij aanwezig)
  1. Vanwege dat ik vrijwel alles in twijfel trek vroeg ik de gemeente Noard-East Fryslân wanneer de dam aangelegd was waar Jasper Steringa Marianne Vaatstra over zag fietsen terug naar het fietspad komende vanaf de rotonde. Er kwam een verrassend antwoord: “de dam is in 2011 aangelegd voor de strooi auto’s”. Met andere woorden Jasper Steringa kón haar daar niet fietsend op die plek gezien hebben 1 mei 1999.
  1. Om voor mij onbekende reden kwam de Leeuwarder Courant op 4 december 2021 met een zeer uitgebreid artikel over de zaak Marianne Vaatstra. Meerdere bij de zaak betrokken rechercheurs kwamen aan het woord. Het kwam op mij over als “borstklopperij”. Het leverde mij onbetaalbare informatie op, een kijkje in de leuken van de rechercheurs. Zo werd uit de doeken gedaan de procedure afname wangslijm en de communicatie met het NFI. Voor de doorsnee lezer niet interessant. Voor mij als kritisch lezer uitermate interessant. Aan de hand van de informatie toon ik aan dat dé match gecommuniceerd als zijnde 14 november 2012 in werkelijkheid bijna een maand eerder moet zijn geweest. De onderbouwing vindt u in de bijlage. Ik heb het NFI meerdere malen om uitleg gevraagd, nog onlangs op 26 oktober middels een aangetekend schrijven. Een reactie blijft uit. Ik begrijp dat, wat zouden ze moeten antwoorden?

Er is meer, veel meer maar dit is wat mij betreft voldoende onderbouwing dat er géén fietstocht is geweest. In deze bewering word ik gesteund door het OM: er is namelijk voor de fietstocht geen enkel bewijs. Ook geen bewijs op de fiets. Daarbij is het opmerkelijk dat ondanks dat Jasper Steringa een bloedende ringvinger had ( Marianne Vaatstra zou hem gebeten hebben toen hij zijn rechterhand voor haar mond deed kwam een druppel bloed op een mouw van de jas van jas Marianne Vaatstra) van Jasper Steringa geen bloed is aangetroffen op het stuur van de fiets die hij meters verder verplaatst zou hebben.

Uit de conclusie, er is geen fietstocht geweest, hierboven naar mijn inzicht ruimschoots onderbouwd, volgt logischerwijs de vraag aan het OM :

in het geval dat Jasper Steringa niet Marianne Vaatstra op de fiets is tegen gekomen hoe kan hij dan de dader zijn?

Afsluitend:

De website www.keningswei.nl is inmiddels > 150.000 keer bezocht, ( 170 bezoekers per dag!) de podcast : Het Gesprek Pieter Postma – YouTube bijna 8.000 keer. De belangstelling is alleen maar groeiende.

In deze zaak heb ik geen enkel belang, ik kan slecht tegen onrecht en malicieuze domheid. Tot enkele maanden geleden kende ik het woord niet, tot de advocaat mr. Jan Vlug mij ervan betichtte. Niet veel later betrapte ik hem op een aperte leugen. Over malicieuze domheid gesproken…

Hoogachtend;

De heer P. Postma Burgum